Volbeat in de Ziggo Dome: degelijk, maar niet op hun sterkst

Ooit gold Volbeat als een van de meest frisse en vernieuwende metalbands van deze generatie. Met hun unieke mix van rockabilly en heavy metal groeiden ze razendsnel uit tot festivalheadliner. Inmiddels zijn we negen studioalbums verder en lijkt de band zichzelf minder uit te dagen. Dat hoeft geen probleem te zijn, maar in de Ziggo Dome wordt duidelijk dat Volbeat moet oppassen niet ingehaald te worden door jongere en avontuurlijkere acts.

Door: Sebastiaan Quekel
Foto’s: Slashley Photography / www.slashley.nl

Ziggo Dome, 23 september 2025

Volbeat
Volbeat

Na drie jaar afwezigheid keert de band eindelijk terug naar Nederland, in het kader van hun nieuwe album God of Angels Trust. “Waar waren jullie?”, vraagt zanger Michael Poulsen half spottend, half verwijtend. Zelf was hij druk met een soloproject en volgde hij de wereld op afstand. Zijn conclusie in de Amsterdamse pophal is kort: “De wereld is gek aan het worden.”

De show is voor Volbeat-begrippen verrassend sober. Geen vuur, geen explosieve pyro’s, geen spookhuisdecors zoals tijdens de Outlaw Gentlemen & Shady Ladies-tour. Wel een catwalk die uitkomt in een vierkante miniarena, waar de bandleden elkaar uitdagen met solo’s en Poulsen het publiek toespreekt. Twee grote schermen versterken vooral het beeld van Poulsen in zijn Max Verstappen-shirt, maar verder ontbreekt een decor dat echt indruk maakt. Voor een ticketprijs van 134 euro in de golden circle is dat een tegenvaller.

Wanneer echter de eerste riff van The Devil’s Bleeding Crown klinkt en het doek valt, is dat ongemak snel vergeten. Het gitaarwerk mag dan wat flets zijn, Poulsen zingt fel en de zaal golft van voor tot achter. Het geluid klinkt in de snelle passages wel wat blikkerig, maar de sfeer is direct kolkend.

Met Lola Montez volgt een klassieker. “1-0 voor mijn ego”, grapt Poulsen als de hele zaal luidkeels meezingt. Het is een moment van pure euforie en meteen een herinnering waarom Volbeat ooit een stadionband werd.

Daarna schakelt de band soepel tussen oud en nieuw werk. Op Sad Man’s Tongue reageert het publiek lauw; de matige akoestiek maakt van de fijne details een geluidsbrij en zelfs de moshpits ontbreken. Demonic Depression daarentegen laat horen dat Volbeat nog steeds kan overtuigen: log, zwaar en onmiskenbaar hun geluid. Poulsen soleert over de catwalk en bewijst opnieuw dat hij de spil is van de band, zeker sinds het vertrek van publiekslieveling Rob Caggiano.

De last op zijn schouders is groot, maar in de Ziggo Dome laat hij niets liggen. Met Fallen ontroert hij, opgedragen aan iedereen die iemand heeft verloren. Hoewel hij vocaal een paar keer uitglijdt, vergeeft het publiek hem meteen. Hier telt emotie meer dan perfectie.

Daarna trekt Shotgun Blues het tempo weer op. Met een kwinkslag over de belachelijk lange titel van In the Barn of the Goat Giving Birth to Satan’s Spawn in a Dying World of Doom krijgt Poulsen de lachers op zijn hand. Muzikaal leunt het nummer op Sad Man’s Tongue, maar het behoudt genoeg eigen smoel om overeind te blijven.

Volbeat
Volbeat

Uit het nieuwe album volgt By a Monster’s Hand. Het valt vooral op door het theatrale doek dat de singlecover onthult en de show eindelijk wat visuele kracht geeft. Meteen daarna klinkt The Devil Rages On, waarbij Poulsen Max Verstappen eert en de hele zaal het “tu-tu-tu-tu” refrein meebrult.

Het momentum stokt echter met Time Will Heal. Op de plaat al een niemendalletje, live helemaal een inzakkertje. Zo blijft de show een uur en een half heen en weer schommelen tussen opzwepende momenten en passages die niet overtuigen.

Gelukkig herpakt de band zich met Black Rose. De eerste poging tot meeklappen mislukt, maar Poulsen grapt: “What the hell was dat? Ik weet dat het dinsdag is, maar kom op.” Daarna slaat de vonk wel over. Seal the Deal houdt de energie vast en met het zelden gespeelde Temple of Ekur verrast Volbeat met een donker en meeslepend hoogtepunt. Hier klinkt de band zoals we ze het liefst horen.

De emotionele climax volgt met For Evigt. De Ziggo Dome verandert in een zee van lichtjes, en ondanks het Deense refrein zingt de zaal moeiteloos mee. Voor de afsluiter haalt Poulsen kinderen en jonge fans het podium op om Still Counting mee te spelen. “Jullie zijn de toekomst van heavy metal”, zegt hij trots. Het levert een ontroerend beeld op, al voelt de song als een iets te vaak gebruikte finale. Gelukkig knalt de band er nog een verrassende minimedley uit (A Warrior’s Call / Pool of Booze, Booze, Booza), waarmee de avond toch eindigt in een uitbarsting van energie.

Volbeat speelt in de Ziggo Dome een solide set, maar overtuigt niet volledig. Het vertrek van Rob Caggiano laat zich nog steeds voelen: zonder zijn energie en flair leunt de show volledig op Poulsen. Die draagt de band met verve, maar de sprankel die Volbeat ooit onderscheidde, ontbreekt.

De setlist is degelijk en nummers als Lola Montez, For Evigt en Temple of Ekur bewijzen dat de band nog steeds stadionwaardig is. Toch zal wie hoopte op een grensverleggend optreden moeten erkennen: Volbeat klinkt vooral vertrouwd en herkenbaar. Degelijk dus, maar niet memorabel.

Lees ook...

Winkelwagen0
Er zijn geen producten toegevoegd aan je winkelwagen
Verder winkelen
0